maandag 7 mei 2012

Dag 11 – Croco's en Conch


En weer ging het wekkertje, en deze keer zaten we keurig rond 8 uur in de auto, we wilden voor de eerste drukte en warmte in de Everglades zijn. Krokodillen kijken! (Zijn dus eigenlijk alligators, maar we hebben ons vandaag laten vertellen dat de verschillen tussen die twee maar klein zijn. De verzamelnaam is Crocodillians. Dus laten we ze voor het gemak Croco's noemen. Dat stoten we Midas Dekkers' onder ons ook niet voor het hoofd.)
Na een tankbeurt, een vieze, gore, rare koffie van de Dunkin' Donuts en een iets smakelijkere donut, reden we de Everglades 'in'. Want eigenlijk rij je er niet doorheen... meer langs de randen van het park. Je rijdt overigens wel dóór Big Cypress National Preserve heen, wat ook prachtig is. Maar daarover later meer. Overigens zie je constant kleine croco-hoofdjes in het kanaal naast de weg liggen. Dus je hebt absoluut het idee dat je in alligatorgebied zit.
De eerste stop was om half tien, bij Everglades Safari Park, een van de vele aanbieders van airboatrides en aligatorfarms. Deze had een eco-tour en géén wrestling. Vonden wij wel prettig.
We reden al een tijdje achter een touringcar, en die ging -hop!- net zoals ons daarheen om een buslading toeristen af te zetten. Ach ja. Het was immers zondag.
Gezellig samen met de geel bestikkerde mensen uit de bus, namen we plaats in een airboat. Er dobberden al wat croco's rond de boot. En er was ook een schildpad die een waterlelie probeerde te verorberen.
De kapitein, George, maakte nog wat grappen voordat we vertrokken; “I'll be you captain for the next two or three days!” & “Does anyone ride an airboat before? No? Neither did I!”
Je snapt, hartstikke lollig, vol goede moed en vol oranje oordoppen, gingen we op weg. En terwijl de zon genadeloos op onze bolletjes knetterde, was dat windje een welkome verkoeling. Het is een ontzettende bokkeherrie, maar door die propellers blijft de boot mooi hoog op het water, en maakt ie haast geen golven of schade. En hij kan ook over het eindeloze biesgras waaruit de Everglades bestaat (die airboatrides zijn overigens niet IN de Everglades, daar is alles rustig en sereen). Kijk maar naar defilmpjes!!
Onderweg veel toffe vogels gezien, en uiteraard nog wat croco's, maar niet veel, want die liggen daar goed verstopt!
Na de ride, kregen we nog een show. 'Oh god', dachten we. Want dát kunnen we dan weer niet zo op prijs stellen. Toch maar keurig plaats genomen voor het verblijf van de croco's die daar op ons lagen te wachten en dat was maar goed ook, want daar kwam José. En José had ook zo van het WNF kunnen zijn. Hij begon bevlogen aan zijn verhaal over de taaie croco's, de meest efficiënte dieren die er zijn. En de praatjes die er over hen verspreid worden, die zijn echt niet waar. En dat we als mensen eens wat meer rust moeten nemen en de dingen nemen zoals ze zijn, net zoals croco's. Nouja, we zullen je er niet mee vermoeien, maar het kwam er op neer dat we zijn praatje konden waarderen. Heel on-Amerikaans.
Maar gelukkig ging ie ook nog even als een soort Ceasar Milan gezellig bij de croco's zitten en wat ogen indrukken (ja echt! Een croco-oog kan helemaal z'n schedel in) en snacks geven. De ene croco had op een gegeven moment het emmertje met snacks gevonden en ging daar ondeugend mee zitten doen. Een andere croco ging op spectaculaire wijze op de kant proberen te klimmen. Wat er uit zag als de gemiddelde badgast van 200 kilo die ligt te spartelen op de rand van het zwembad.

Naderhand mochten mensen nog een kleine alligator vasthouden, maar daar hadden we zelf niet zo'n behoefte aan. We liepen wel nog even de tuin door, waar nog wat verschillende croco's lagen, maar daarna gingen we als een gek weer naar de auto, airco aan (heel verwend) want het was echt niet normaal warm. We hadden echt een beetje last van de hitte.

De volgende stop was in Shark Valley, dat was een beetje een deceptie, omdat we daar naast de park-fee weer een flinke bom duiten neer moesten tellen voor het meerijden in een trammetje of het fietsen van het tram-rondje. De combi van de bloedhitte en het feit dat we wel even klaar waren met geld uitgeven aan attracties, maakte dat we besloten lekker de 'looproad' te gaan rijden die eigenlijk door Big Cypress National Preserve loopt.
Met een gangetje van 20 mijl per uur, dwars door de swamp, met af en toe prachtige doorkijkjes, veel croco's, schildpadden en airplants. Top! Helaas waren er ook enorme vliegprikbeesten die de auto maar bleven volgen, waardoor we op een gegeven moment niet meer uit durfden te stappen of een raam open durfden te doen. Toch veel gezien, vooral omdat er haast niemand anders reed.

Daarna besloten we om dan ook nog even naar Chocoloskee te rijden, een dorpje wat in de Everglades ligt. Een mooi stadje, en je komt ook door het leuke Everglades City. We hoopten nog ergens een glimp op te kunnen vangen van de Thousand Islands, maar eigenlijk waren we het al een beetje zat (en we moesten nog 2,5 uur rijden naar Fort Myers Beach).
Dat gingen we maar doen, met een radiospelletje om de tijd te doden en als beloning een Frappé bij de MacDé. Jammer dat Ralph weer een of andere fastfood-stagiaire trof, en daar eigenlijk alles op/kapot/??? was. Uiteindelijk leverde dat met veel moeite één Frappé, een sundae en een kwaaie Ralph op.

De lucht klaarde gelukkig helemaal toen we aankwamen bij de Neptune Inn in Fort Myers Beach, ons onderkomen voor de komende drie nachten. We kregen van Janet, de vriendelijke receptioniste, een upgrade omdat onze kamer nog niet klaar was, en 'We would love that!'. Nou, dat klopt, mejuffrouw! Het is een soort appartement, compleet met een kookplaat, borden en bestek. En je rolt zo het strand op! Heerlijk!

Dat deden we dus eigenlijk ook meteen; het strand oprennen. Alsof je door kilo's bloem loopt! Zo zacht en wit is het strand. En het stikt er van het zeeleven en de schelpen. We vonden er al snel onze vrienden, de zeeslakken, ook wel 'conch', zoals op Key West. Als je de zee in loopt kom je ze tegen als je er pijnlijk op gaat staan, maar als het een beetje eb wordt, dan komen er honderden conch droog te liggen, en dan kun je zien dat ze zich langzaam verplaatsen. Sommigen die zijn omgerold, wippen zichzelf heel handig met een soort tentakel weer terug in positie. Vonden wij natuurlijk ingenieus. We kunnen er eigenlijk geen genoeg van krijgen.

Eten deden we een stukje verderop het strand bij de Gulfshore Grill. Prima tentje, helemaal lollig toen bleek dat de zangeres die haar spulletjes aan het opbouwen was, een karaokeset bij zich had, en de mensen daar helemaal warm liepen voor een robbertje zingen. We konden de zangers niet zien, dus we vielen bijna van ons bankje toen er al een tijdje een meneer heel verdienstelijk aan het zingen was, en dat uiteindelijk een heel oud mannetje met een rollator bleek te zijn. Maar hij kreeg wel van iedereen een high five! Maar goed, aan karaoke zit ook een maximum aan wat een mens kan verdragen, dus we liepen bij het laatste streepje zonlicht naar ons heerlijke kamertje in onze knusse Inn. Het is tijd om te relaxen in Fort Myers Beach!

1 opmerking:

  1. Weer mooie dagen achter de rug, en met veel plezier ook weer meegelezen. Alle herkenbare stukjes in Everglades gezien en meegemaakt en nu dus lekker 3 dagen chillen vermoed ik ? Have fun !

    BeantwoordenVerwijderen